
Ossenkop
In de laatste klas van de lagere school, bij meester Leen, was het op een stormachtige herfstdag zo vroeg donker dat de lichten al brandden.
In de laatste klas van de lagere school, bij meester Leen, was het op een stormachtige herfstdag zo vroeg donker dat de lichten al brandden.
Eerste les. Acht schrijfcursisten in een carrévorm. Allemaal nieuwe gezichten kijken me aan.
Mijn moeder was net in een goede bui/toen de kat door het luik in de achterdeur stapte
huilen in het donker / met de kille glans van / telefoonschermlicht op je wangen
Alinder komt bladerend in een boek de bar binnenlopen met een blik alsof het boek haar is opgedrongen
Het meisje gaat voorin de bus zitten en doet haar oortjes in.
In het late middaguur spiegelt de zon nog uitbundig op de bijna rimpelloze zee.
Ursula Le Guin gaat op zoek naar een beeld. Ze begint bij Betty Flanders...
Mijn lip is dik. Zo dik dat ik niet meer kan praten.
De leren jas draag je al de hele zomer, maar die donkerblauwe spijkerbroek had je gisteren nog niet aan.