Zonsondergangen in blik
Als je zonsondergangen in blik kon kopen, zou ik er een stuk of tien in huis hebben staan. Het kan zomaar gebeuren dat je ineens een zonsondergang nodig hebt en dan kun je er maar beter wat hebben. Er zijn in het leven zat situaties waarin een zonsondergang het verschil gemaakt zou hebben tussen dood of leven, tussen een huwelijk of geen huwelijk, tussen een kus en een kater. Als ik ondernemersbloed zou hebben – heb ik niet, ik doe alles het liefst gratis – zou ik ingeblikte zonsondergangen gaan verkopen. In gradaties, sterk variërend in prijs en kwaliteit. Voor elk wat wils, van een eenvoudige lichtoranje gloed onder een waterig zonnetje tot het volle spectrum van rood, geel, zalmroze, oranje, lila, indigo, violet, pimpelpaars en als toetje de groene flits – voor de gefortuneerde fijnproevers die echt iets van hun zonsondergang willen maken. Als ik dan, rijk geworden van al die zonsondergangen, na een lang en gerieflijk leven mijn eigen zon onder zal moeten zien gaan, zal ik, op de rijke mensen zo eigen bescheiden wijze, verzuchten dat ‘echter de mooiste dingen in het leven toch altijd nog gratis zijn’.
Met mijn ziel onder mijn arm
Als ik met mijn ziel onder mijn arm loop, betekent dat, dat ik een ziel heb. Dat is mooi meegenomen, in deze tijd. Met al die zielloosheid, bedoel ik, of veronderstelde zielloosheid. Schijnzielloosheid. Er zijn culturen waarin alles automatisch een ziel heeft. Niets of niemand hoeft daar een ziel te verdienen, die is er gewoon. Van meet af aan, in alles en iedereen. Hoe fijn moet het zijn om in een cultuur te leven waarin alles automatisch een ziel heeft. Hoe makkelijk om overal respect voor te hebben. Je zou bijvoorbeeld nooit meer een voorwerp zomaar wegsmijten. Of wel iets wegsmijten, maar dan eerst dankjewel zeggen, of sorry. Als alles en iedereen een ziel heeft, kun je met een heleboel zielen onder je arm over de markt slenteren. Thuiskomen en een bezielde maaltijd bereiden. Je partner een zoen geven en weten dat die zoen heel even een entiteit is met een heus zieleleven, waarmee rekening gehouden gehouden dient te worden.
Een plastic zak
Als mijn zus een plastic zak van straat opraapt en in een afvalbak stopt, draait de hele wereld – een heel klein beetje schoner – gewoon door.
Als ik een plastic zak opraap, roept er altijd iemand: ‘Zo, heb jij je padvindersdaad voor vandaag weer gedaan?’ of ‘Hé wereldverbeteraar!’ of ‘Goed zo, dat zouden we allemaal moeten doen!’.
In theorie begrijp ik het. Als mijn zus een zak opraapt, is dat voor haar een vanzelfsprekende daad. Terwijl ze de zak opraapt, kan ze bijvoorbeeld aan het avondeten denken, of aan haar man, of aan een andere man. Maar niet aan goede daden en het scheppen van een schonere wereld. Als ík een zak opraap, denk ik allereerst: ‘Hmm… als er maar geen hond overheen heeft geplast of gepoept.’ En dan denk ik: ‘Nou ja, dan was ik mijn handen straks wel.’ Gevolgd door: ‘Kijk mij nou toch eens, mijns ondanks, de wereld wat schoner maken, een kleine daad, maar een goed voorbeeld.’ Dat soort gedachten vrágen om reacties – als ze door de buitenwereld zouden kunnen worden gezien. Wat officieel niet zo is. Waarom reageren de mensen op goede daden van mijn zus dan zo anders dan op die van mij? Mijn zus en ik lijken als twee druppels water op elkaar. Dat kan het dus niet zijn.
Misschien straalt onze inborst van ons af. Mijn zus heeft een in- en ingoede inborst. Maar in mij huist ook een beetje venijn. Een héél klein beetje maar. En ik doe er (bijna) niets mee. Maar je kunt het vast aan me zien.
Goede mensen en goede daden horen bij elkaar. Goede mensen die goede daden doen vallen niet op. Bij slechte mensen denkt men: dáár zal wel iets achter steken, achter die ‘goede daad’. Ik laat maar even zien dat ik d’r niet intrap.
Ik troost me maar met de gedachte dat de goede daden van slechte mensen vele malen beter zijn dan die van goede mensen, juist omdat ze niet zo vanzelfsprekend zijn.
Net doen of er niets aan de hand is
Wat is het heerlijk om net te doen of er niets aan de hand is. Het is zalig om even net te doen of er niets aan de hand is. Paradijselijk! Alsof er engelen langs al je genotsreceptoren glijden. Als je lang doet alsof er niets aan de hand is, is het ook net alsof er echt niks aan de hand is. Alsof de oude wereld niet vervangen is door een nieuwe. En alsof de nieuwe wereld niet vervangen is door een oude.
Dit verhaal wordt je gratis aangeboden door papieren helden.
Wil je meer lezen? Word lid en hou dit mooie blad in de lucht.