papieren helden

FB

IRL

Marije: ‘Iets anders:’

Marije: ‘Zullen we eens een keer irl afspreken?’

Irl? Soms tikt ze te snel en komt er meteen erna nog een bericht waarin ze zichzelf corrigeert. Hij gaat door met het nakijken van de huiswerkopdrachten. Terwijl hij zich door een goed bedoeld maar slecht uitgevoerd bewijs van de centrale limietstelling worstelt, dwaalt zijn blik elke paar seconden af naar zijn mobiel. Hij wil iets tikken, opent Google. irl: in real life (internetterm). Hij blijft naar het scherm staren. In real life.

Marije: ‘Misschien rondje wandelen?

Vanochtend hadden ze nog op hun balkons gezeten, hij met een groene thee, zij met een koffie. Zij had commentaar gegeven op een buurvrouw die in haar ochtendjas haar hond uitliet en hij had haar over de wolken boven zijn hoofd verteld. Ze hadden zich afgevraagd hoe lang het zou duren totdat dezelfde wolken over haar balkon zouden trekken.

Marije: ‘Op 1,5m afstand bedoel ik natuurlijk’

Zijn strategie was simpel. Hij swipete iedereen naar rechts. Het leek hem dom om al bij voorbaat zijn kansen te verkleinen door iemand weg te swipen, daarvoor hoefde je geen statisticus te zijn. Op zijn twee profielfoto’s kijkt hij vriendelijk maar nonchalant in de camera en draagt hij zijn vrijetijdsoverhemden. Dat andere mannen foto’s hebben met ontblote bovenlichamen of half afgeknipte vrouwengezichten tegen zich aangeleund, wist hij van zijn zus, die hem tijdens de Skype-paasbrunch over haar nieuwste online relaties vertelde. Mannen met wie ze nooit in het echt zou afspreken, zei ze. Op de achtergronden van zijn foto’s heeft hij met wereldliteratuur gevulde boekenkasten (zijn vakliteratuur laat hij liever buiten beeld), twee goed verzorgde kamerplanten (het soort dat jonge mensen tegenwoordig hebben) en de vintage fiets van zijn neef, die tijdelijk bij hem staat totdat zijn verhuizing is afgerond. Toch was zijn succes beperkt. Af en toe een korte chat, met Judith uit Hoofddorp, die ook van Paul Auster hield, zelfs een uitbundige conversatie (ze vond dat hij zijn planten zou moeten verpotten). Het resultaat was altijd hetzelfde, op een gegeven moment kwam er geen reactie meer of werd hij ‘geunliked’.

Marije: ‘met picknick’

Het was net voor Pinksteren. Zijn mobiel trilde om twee uur ’s nachts. ‘Marije likes you!’ Nog voordat hij zijn bril van het nachtkastje had gepakt, klikte hij op ‘like’.

‘Oeps verkeerde kant op geswipet, sorry!’ kwam als reactie.

Waarschijnlijk lag het eraan dat hij nog niet helemaal wakker was – hij had een keer gelezen dat het hersengebied dat ons overdag tot redelijk gedrag dwingt ’s nachts inactief is – hij begon meteen te tikken (‘Verkeerde kant? Het is maar hoe je het bekijkt.’) en even later scheen de ochtendzon door zijn gordijn en had hij een verkrampte duim.

Marije: ‘Of een rondje fietsen. Het wordt weer dit weekend’

Omdat hij door al het tikken serieus last kreeg van zijn duim, begonnen ze vaker te Facetimen, het maakte haar niet uit dat hij zijn camera liever uit liet. Op de dinsdagen keken ze samen naar de persconferenties. Hij probeerde haar uit te leggen dat de groei niet langer exponentieel was, maar dat ook een polynomiale (of zelfs een lineaire) stijging nog steeds een stijging was. Toch fantaseerden ze erover dat de premier zou zeggen dat het mocht: dat ze samen naar een museum zouden gaan en daarna in haar lievelingscafé taart zouden eten, zij citroen, hij chocola. In de zomer kwam ze met het idee om het geluid op stil te zetten en de boodschap alleen van de gebarentolk en de gezichtsuitdrukking van de premier af te lezen, omdat hij zich toch elke week herhaalde. Nu hadden ze al een paar weken niet meer gekeken, omdat hij op dinsdagmiddag college gaf, gevolgd door urenlange een-op-een videogesprekken met studenten die op onopgemaakte bedden of in rommelige keukens zaten. Daarna was hij niet in staat om nog langer naar een scherm te kijken.

Marije: ‘*prachtig’

Gisteren hadden ze op hetzelfde tijdstip eten voor elkaar laten bezorgen. Gefrituurde kip in citroensaus voor hem (dat zou hij nooit voor zichzelf bestellen maar hij vond het heel lief) en een pizza Hawaï zonder ham voor haar (haar lievelingseten). Hij had erop aangedrongen dat ze de fles Barsac die hij erbij had laten bezorgen, zou openen, ook al zag hij dat ze al een witbiertje klaar had staan. Ze kon geen kurkentrekker vinden, hij hoorde haar in een overvolle keukenla rommelen en naar een huisgenote roepen, terwijl ze haar telefoon op het aanrecht had neergelegd en hij naar haar betonnen plafond keek. Na het eten dimde hij de vloerlamp in de hoek en zette hij muziek op. Zij ging met haar halflege fles naar haar kamer. Omdat haar ontvangst daar slechter is en haar beeld altijd bevriest, zetten ze Facetime weer uit.

Marije: ‘?’

‘Wil je nu graag zoenen,’ schreef ze iets later, met een knipoog erachter. Ze gebruikt vaak smileys, waardoor haar korte en soms cryptische berichten nog verwarrender worden. Hij nam nog een grote slok wijn, vergat de pijn in zijn duim, en met volzinnen die hij al jaren klaar had liggen begon hij haar te zoenen, waarna ze in drie woorden en nog een smiley mededeelde dat ze zich al had uitgekleed. Voorzichtig begon hij met zijn handen en zijn tong haar lichaam te verkennen. In het begin kwamen er nog halve aanmoedigende zinnen terug, maar snel alleen nog Mmm’s en Ah’s, tussendoor ook een Oef, wat hij als een goed teken beschouwde. Later zetten ze Facetime weer even aan en glimlachte ze naar hem.

‘Nu jij,’ fluisterde ze.

Hij vroeg of hij haar mee mocht nemen naar zijn bed, waar hij haar naast zich legde en naar haar bevroren gezicht keek totdat hij in slaap viel.

Marije: ‘ik zie dat je online bent’

Hij zet zijn mobiel uit en rijdt met zijn rolstoel naar het balkon om naar de wolken te kijken.

Dit verhaal wordt je gratis aangeboden door papieren helden.

Wil je meer lezen? Word lid en hou dit mooie blad in de lucht.

word lid

,